Toutes les actualités du Ministre, les actualités politiques liées directement ou indirectement aux compétences sur lesquelles le cabinet travaille.

Competentiebalans voor alle Brusselse werklozen

Actualiteit
Foto van een opleidingslokaal uitgerust met computers.

Sinds 1 september 2023 kunnen alle jongeren die zich bij Actiris inschrijven, gebruikmaken van een taalkundige en digitale competentiebalans. Vanaf 1 maart zal deze balans uitgebreid en voorgesteld worden aan alle werkzoekenden die werkloosheidsuitkeringen genieten.

Om de begeleiding van de Brusselse werkzoekenden te versterken en te verbeteren, beschikt Actiris vanaf 1 september over een nieuw instrument: de competentiebalans. In de praktijk hebben, sinds de start van het nieuwe cursusjaar, alle jongeren van minder dan 30 jaar die zich voor het eerst inschrijven bij Actiris, recht op een taalkundige en digitale competentiebalans. De bedoeling: hun niveau wat talenkennis en basis-IT betreft, objectiveren om hun een aangepast opleidingstraject aan te bieden.

“Opleiding volgen = evolueren”

“Vandaag zijn talen en digitale kennis transversale vaardigheden die in tal van sectoren worden gezocht. Als we het doel willen bereiken om meer Brusselaars aan het werk te krijgen, moet hun competentieniveau worden verbeterd. We kunnen niet meer aanvaarden dat een werkzoekende die geen werk vindt, zich niet inschrijft voor een opleidingstraject. Opleiding volgen staat gelijk aan evolueren”, stelt minister Bernard Clerfayt.

1.400 taaltesten en 1.600 digitale testen uitgevoerd

En vanaf 1 maart zal de competentiebalans uitgebreid en voorgesteld worden aan alle werkzoekenden die werkloosheidsuitkeringen krijgen. Voor meer dan 50.000 Brusselse werkzoekenden zou dus een taalkundige en digitale competentiebalans kunnen worden opgesteld. Heden werden bijna 1.400 taaltesten en 1.600 digitale testen afgelegd.

“Met de competentiebalans bestaat de uitdaging erin om over te gaan van verklaarde vaardigheden naar bevestigde vaardigheden. Opdat Actiris in de ogen van de werkgevers meer geloofwaardigheid zou verwerven, moet de instelling haar doelgroep meer en beter kennen teneinde in staat te zijn hun gepaste kandidaten voor te stellen”, aldus Bernard Clerfayt.

“Het probleem is de federale onderfinanciering van de stedelijke gebieden”

Actualiteit
  Foto van een bord met logo van de politie aan een politiecommissariaat.

De politiezones samenvoegen! Dat is de oplossing die Ecolo-Groen voorstelt om de uitdagingen op het vlak van veiligheid in Brussel aan te gaan. Een vals goed idee, volgens de Brusselse minister van Plaatselijke Besturen, Bernard Clerfayt. Met cijfers als bewijs stelt hij een aanzienlijke onderinvestering door de federale overheid in de stedelijke politiezones aan de kaak.

De lokale politie bestaat uit 181 politiezones verspreid over het hele land (6 in Brussel, 106 in Vlaanderen en 71 in Wallonië). Ze voert een reeks lokale taken uit, waaronder handhaving van de openbare orde, interventie, verkeersbeheer en wijkwerking. De politiezones werken met de steun van de gemeenten en met federale financiering.

Gemiddelde financiering per politieagent het laagst in Brussel 

Criminaliteit, drugshandel, afrekeningen, enz. De laatste maanden is het aantal veiligheidsproblemen in het Brussels Gewest toegenomen. De oplossing voor Ecolo-Groen is het samenvoegen van de politiezones.

“Deze aanpak zal geen resultaten opleveren in termen van schaalvoordelen of effectiviteit van de politie. Het grote probleem van de politie in het Brussels Gewest is vooral de onderfinanciering door de federale overheid in de grote steden”, legt Bernard Clerfayt uit.

Als we kijken naar de federale dotaties voor 2023, zien we dat de dotatie per politieagent lager ligt in de Brusselse zones dan elders op het grondgebied. De gemiddelde financiering per politieagent bedraagt €34.199 in Brussel, tegenover €46.630 in Vlaanderen en €53.890 in Wallonië. Het Belgische gemiddelde bedraagt 48.999 euro.

Brussel dubbel benadeeld

Deze vaststelling is des te verontrustender, omdat de criminaliteit in de grote steden hoger is. Als de Brusselse politie een federale financiering zou krijgen die gelijk is aan het Belgische gemiddelde, zou dit onze politiezones 73 miljoen euro extra opleveren”, voegde de minister eraan toe.

Bovendien houdt het voorstel van Ecolo-Groen geen rekening met het multidimensionale aspect van veiligheid.

Politieagenten zijn niet de enigen die betrokken zijn bij de veiligheidsketen. Het beleid tegen criminaliteit wordt aangestuurd door het Openbaar Ministerie. Een samengevoegd politiekorps zal in dat opzicht dus niets veranderen. En laten we niet vergeten dat de kracht van de lokale politie ligt in haar nabijheid tot de bewoners, haar terreinkennis en haar samenwerking met de actoren inzake preventie. Dat is wat we moeten versterken”, besluit Bernard Clerfayt.

Meer diversiteit in gemeentebesturen

Actualiteit
Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest wijzigt zijn wetgeving om de diversiteit in de gemeentebesturen te bevorderen. Het artikel wordt geïllustreerd door een foto van drie mensen in gesprek in een bureau.

Vandaag, 21 maart, is het internationale dag voor de uitbanning van rassendiscriminatie. Dit is een gelegenheid om erop te wijzen dat het Brussels Gewest een van de meest proactieve is in de strijd tegen alle vormen van discriminatie. Op initiatief van Bernard Clerfayt, de Brusselse minister van Plaatselijke Besturen, heeft het Gewest onlangs zijn wetgeving gewijzigd om de diversiteit binnen de gemeentebesturen te versterken.

Hoe zit het met de huidige regelgeving?

Een kandidaat weigeren vanwege zijn of haar huidskleur, een collega uitlachen vanwege zijn of haar vermeende seksuele geaardheid, geen borstvoeding mogen geven in een rustige ruimte op kantoor,... In 2019 keurde het Brussels Parlement een ordonnantie goed met het oog op een beleid voor de bevordering van diversiteit en de bestrijding van discriminatie bij de Brusselse plaatselijke ambtenarij. Het principe? Een subsidie toekennen aan besturen met diversiteitsplannen die minstens 10% kandidaten uit meer achtergestelde wijken aanwerven.

Het gaat niet enkel om aanwerving

Analyses van de diversiteitsrapporten van Actiris en de enquête die Brussel Plaatselijke Besturen heeft gehouden onder de personeelsafdelingen van de gemeenten, zijn duidelijk: de huidige voorwaarden voor het toekennen van de subsidie maken het niet mogelijk om diversiteit effectief te bevorderen in de lokale besturen. Slechts acht gemeenten hebben een diversiteitsplan, hoewel dit een wettelijke vereiste is om toegang te krijgen tot de subsidie

"De subsidie in haar huidige vorm beperkt het diversiteitsbeleid tot het aanwervingsaspect. Het zou zich echter moeten uitstrekken tot personeelsbeheer, opleiding, bewustmaking en interne communicatie. Bovendien moet gezegd worden dat het adres van een werkzoekende niet altijd zijn of haar sociale situatie weerspiegelt. Hoe zit het met geslacht, handicap, leeftijd of kwalificaties?", zegt Bernard Clerfayt, de Brusselse minister voor Plaatselijke Besturen.

Diversiteitsplan en evaluatie

Gezien deze bevindingen heeft de DéFI-minister ten slotte een rechtstreekse link gelegd tussen de subsidie en de invoering van een diversiteitsbeleid. Voortaan wordt de subsidie toegekend op voorwaarde dat het lokaal bestuur zich ertoe verbindt een diversiteitsplan op te stellen. Met deze steun wordt het werk gefinancierd van een medewerker van de gemeente, een "diversiteitsmanager", die verantwoordelijk is voor de ontwikkeling en de uitvoering van het plan.

Er zal een evaluatiecommissie worden opgericht om de doeltreffendheid van het diversiteitsplan te garanderen. Als de evaluatie negatief is, komt de gemeente een jaar lang niet in aanmerking voor de subsidie.

Daarnaast wordt de looptijd van het plan verlengd van twee naar drie jaar, zodat de besturen meer tijd hebben om de acties van het plan in de praktijk te brengen.

Deze nieuwe bepalingen zijn opgenomen in het Brussels Wetboek inzake de gelijkheid, de non-discriminatie en de bevordering van diversiteit.

 

 

 

Beschrijving :

 

Een opleiding vinden in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest

Actualiteit
Om het voor werkzoekenden gemakkelijker te maken om een opleiding te vinden, heeft Bruxelles Formation zijn opleidingscatalogus voor 2024 gepubliceerd. Foto van een klaslokaal met mensen in opleiding.

De opleidingscatalogus van Bruxelles-Formation 2024, waarnaar hieronder verwezen wordt, biedt 24.500 opleidingsplaatsen aan voor Brusselse werkzoekenden. Bijna 80% van deze plaatsen zijn voor beroepsopleidingen, 12% meer dan in 2023. Werkzoekenden kunnen er op zoek naar een opleiding waarmee ze een beroep van A tot Z aanleren. Ze kunnen ook een opleiding vinden die hun voorkennis en ervaring aanvult.

De uitdaging van de vaardigheden aangaan

Systematisch een competentiebalans voor werkzoekenden uitvoeren, voorrang geven aan opleidingen, het opleidingsinkomen verdubbelen, opnieuw focussen op de begeleiding van werkzoekenden, de polen opleiding-werk ontwikkelen: het zijn allemaal politieke prioriteiten en maatregelen die in dezelfde richting wijzen: de uitdagingen van de vaardigheden aangaan om de uitdaging van de tewerkstelling aan te gaan. In die optiek is het een prioriteit om ervoor te zorgen dat elke werkzoekende een opleiding kan volgen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

Een opleiding vinden op vakgebied 

De prioriteiten die zijn vastgesteld voor de opleidingsprogramma's zijn duidelijk zichtbaar in het opleidingsaanbod voor 2024, in termen van plaatsen en uren. Management, digitale technologie en talen staan bovenaan de lijst van opleidingsgebieden, net als horeca, bouw, gezondheidszorg, transport en logistiek. De beschikbare opleidingen zijn ingedeeld per opleidingsgebied, dus de link "opleidingen - beroepen - sectoren" maakt het voor werkzoekenden gemakkelijker om een opleiding te vinden. Als je bedenkt dat 70% van de uren die aan beroepsopleidingen worden besteed, gekoppeld zijn aan banen waarvoor mensen worden aangeworven, kun je zien in hoeverre de wens om van opleidingen een toegangspoort tot werk te maken al realiteit is.

Naast de opleidingscatalogus geeft de tool "Dorifor" je toegang tot de bijgewerkte kalender en kan je je er online inschrijven.

Nuttige links

Het recht op bemiddeling, dichter bij de beslissing

Actualiteit
het recht op bemiddeling – Foto van een participatieve vergadering

Groen licht in de plenaire vergadering van het Brussels Parlement voor een ontwerp van ordonnantie tot wijziging van de Nieuwe Gemeentewet. Het ontwerp, een initiatief van Bernard Clerfayt, de Brusselse minister van Plaatselijke Besturen, bevat nieuwe bepalingen met betrekking tot burgerparticipatie, namelijk het recht op bemiddeling.

“Burgerparticipatie is een vorm van tweerichtingscommunicatie, via de sensibilisering en de raadpleging van de burgers, die meer betrokken wensen te worden bij politieke beslissingen, in het bijzonder op lokaal niveau. En dat is normaal, aangezien dat het bestuursniveau is dat het dichtst bij de burgers staat en waarmee ze de meeste contacten hebben”, stelt Bernard Clerfayt, de Brusselse minister van Plaatselijke Besturen.

Het recht op bemiddeling: de zoektocht naar een oplossing

Het spreekrecht omvat het petitierecht en het interpellatierecht, maar bevat ook een nieuwe vorm van spreekrecht voor de burger, namelijk het recht op bemiddeling.

De gemeentelijke overheden kunnen immers, wanneer ze geïnterpelleerd worden, beslissen om bemiddeling te organiseren. Zij kan eveneens het initiatief zijn van de burgers, wanneer ze het nodig achten en overleg over een bepaald onderwerp willen plegen met de gemeente.

“Het recht op bemiddeling gaat verder dan enkel vragen stellen aan de gemeentelijke overheden. Het beoogt de zoektocht naar een oplossing, een compromis. En dus hebben de burgers een reële impact op de ontwikkeling van projecten in hun gemeente”, aldus Bernard Clerfayt.

Publicatieplicht

Andere nieuwigheid: de gemeente zal op haar website de ontwerpen van beraadslaging, alsook een samenvatting van de gemeentelijke beslissingen, vóór iedere gemeenteraad moeten publiceren.

Wettelijke basis voor gedifferentieerde onroerende voorheffing

Actualiteit
De Brusselse Regering bereidt een wettelijke basis voor de gedifferentieerde onroerende heffing voor.  Foto: panoramafoto van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest

De hervorming van de gedifferentieerde onroerende voorheffing, voorgesteld door de Brusselse minister van Financiën, Sven Gatz, en Bernard Clerfayt, de Brusselse minister van Plaatselijke Besturen, werd in eerste lezing goedgekeurd door de Brusselse Regering. De maatregel zorgt ervoor dat de gemeenten het tarief van de onroerende voorheffing kunnen wijzigen in functie van verschillende criteria: de wijk, de aard van het gebruik van het pand, etc. De bedoeling: de gemeentelijke fiscaliteit moderniseren en vereenvoudigen, alsook de kosten van de voorafnames op de fiscale ontvangsten verminderen.

Over de onroerende voorheffing

De onroerende voorheffing is een gewestelijke belasting die de burgers jaarlijks betalen op onroerend goed. Zij wordt ook “de eigenaarsbelasting” genoemd. De basistaks bestemd voor het Gewest vormt evenwel slechts een deel van de onroerende voorheffing.

De gemeenten vermeerderen deze basistaks met opcentiemen, waarvan het tarief varieert per gemeente, maar gelijk is voor haar hele grondgebied. Daaraan kunnen andere taksen worden toegevoegd, zoals de taks op kantooroppervlakten of de taks op commerciële ruimten.

Het principe van de gedifferentieerde onroerende voorheffing?

De gedifferentieerde onroerende voorheffing moet de gemeenten toelaten de opcentiemen op de onroerende voorheffing te wijzingen in functie van de wijken, maar eveneens in functie van het gebruik van het gebouw (privé/professioneel), alsook de hoedanigheid van de belastingbetaler (bewoner/niet-bewoner) of de omvang van het pand.

“Met de invoering van een gedifferentieerde onroerende voorheffing, zoals dat al in enkele Vlaamse gemeenten het geval is, willen we de Brusselse gemeenten aansporen een moderner en efficiënter fiscaal beleid te voeren. Vandaag heffen de meeste gemeenten allerhande belastingen en taksen op onroerend goed. Met gedifferentieerde opcentiemen kunnen andere taksen vlotter geïntegreerd en gemoduleerd worden in de onroerende voorheffing, wat moet zorgen voor een meer transparante lokale vastgoedfiscaliteit”, legt Sven Gatz uit.

De voordelen van de gedifferentieerde onroerende voorheffing?

Deze fiscale maatregel heeft tal van voordelen. Dit unieke instrument dat de gemeente geboden wordt, zal ervoor zorgen dat zij haar onroerende fiscaliteit zo goed mogelijk en zo aangepast mogelijk aan haar noden en uitdagingen kan ontwikkelen. En vooral, de gedifferentieerde onroerende voorheffing opent de deur naar het schrappen van andere gemeentelijke taksen op het vlak van onroerend goed.

“Vereenvoudiging en aanpasbaarheid zijn de kernideeën waarop dit project gebaseerd is. Wij beogen hier de vereenvoudiging van het leven van de burgers dankzij de vermindering van het aantal taksen, en dus meer efficiëntie. De gedifferentieerde onroerende voorheffing is echter ook een kans die de gemeenten kunnen grijpen om dynamieken voor stadsopwaardering van bepaalde wijken aan te vullen”, aldus Bernard Clerfayt.

 

Pour les métas :

--

Img : Le gouvernement bruxellois prépare un cadre légal pour le précompte immobilier différencié - Photo : vue panoramique de la Région de Bruxelles-Capitale.

Beeld: De Brusselse Regering bereidt een wettelijke basis voor de gedifferentieerde onroerende heffing voor.

Foto: panoramafoto van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest

Desc : Le précompte immobilier différencié permet aux communes de modifier le taux du précompte immobilier selon différents critères.

Beschrijving: De gedifferentieerde onroerende voorheffing laat de gemeenten toe het tarief van de onroerende voorheffing te wijzigen volgens verschillende criteria.

133 mishandelde dieren in beslag genomen in 2023

Actualiteit
133 mishandelde dieren werden in 2023 in beslag genomen – Foto van een mishandelde en in beslag genomen hond.

Leefmilieu Brussel heeft in 2023 92 klachten voor dierenmishandeling geregistreerd. Vorig jaar werden in het Brussels Gewest bovendien 42 inbeslagnames uitgevoerd voor in totaal 133 dieren. Het betrof 54 honden, 61 katten, 8 vogels, 2 knaagdieren, 1 konijn, 1 paardachtige en 6 spinnen.

Melden is belangrijk

Het melden van dierenmishandeling zorgt ervoor dat in problematische gevallen kan worden ingegrepen en, indien nodig, kan worden overgegaan tot inbeslagnames. Deze kunnen om verschillende redenen plaatsvinden: een gebrek aan hygiëne, verwaarlozing, ondervoeding, onbehandelde ziekten, etc.

Meestal zijn deze inbeslagnames het gevolg van klachten die werden ingediend door burgers bij de dienst Dierenwelzijn van Leefmilieu Brussel. Vorig jaar werden 92 klachten ingediend, wat een daling met 27,5% betekent in vergelijking met 2022.

Wat gebeurt er met mishandelde dieren?

Na de inbeslagname worden deze dieren over het algemeen tijdelijk toevertrouwd aan een asiel, in afwachting van de beslissing waar het dier zal terechtkomen. Deze beslissing wordt genomen door Leefmilieu Brussel en moet binnen de twee maanden na de inbeslagname plaatsvinden.

Binnenkort worden de boetes verhoogd

Het Brussels Wetboek voor Dierenwelzijn voorziet een verhoging van het bedrag van de boetes voor dierenmishandeling. Deze zouden kunnen oplopen tot 500.000 euro voor de meest ernstige inbreuken tegenover 100.000 euro vandaag.

Tegelijk bevat het Wetboek volkomen nieuwe instrumenten om de daders van inbreuken te bestraffen, zoals het werk in het belang van het dier.

“Dierenmishandeling mag niet lichtzinnig worden opgenomen. Daarom steken de inspecteurs van Leefmilieu Brussel een tandje bij door gebruik te maken van waarschuwingen, van processen-verbaal en, in sommige gevallen, van inbeslagnames. Mijn nieuw Brussels Wetboek voor Dierenwelzijn, waarover de Raad van State zich momenteel buigt, bevat nieuwe instrumenten teneinde inbreuken op het dierenwelzijn efficiënter te voorkomen en te bestraffen”, besluit Bernard Clerfayt, de Brusselse minister van Dierenwelzijn.