De rusthuizen en rust- en verzorgingstehuizen hebben zopas tablets gekregen waarmee bewoners vaker met hun dierbaren in contact kunnen komen.

Door dit materiaal ter beschikking te stellen, zullen bewoners videogesprekken met hun families kunnen voeren. Deze maatregel maakt deel uit van een brede waaier van maatregelen om de quarantaineperiode tijdens deze gezondheidscrisis menselijker te maken.

Voor Bernard Clerfayt, de minister van Digitalisering en initiatiefnemer van deze actie samen met de minister van Volksgezondheid Alain Maron is het duidelijk: “nieuwe technologieën bieden veel kansen om ons dagelijks leven te verbeteren. Eén daarvan is het leggen of herstellen van sociale contacten. Dankzij de tablets die in rusthuizen worden uitgedeeld, kunnen de bewoners hun huidige isolement doorbreken. Het is een raam naar buiten, naar hun families en naasten. "

Op voorstel van Bernard Clerfayt, krijgt de sector van de dienstencheques die bijna 23.000 werknemers telt en hard getroffen wordt door de crisis als gevolg van het coronavirus, drie soorten financiële steun.

In eerste instantie wordt een eenmalige premie toegekend aan bedrijven die volledig stilliggen. Eind april wordt deze steun automatisch door Sodexo aan de bedrijven betaald.

Vervolgens krijgen de huishoudhulpen een bijkomende steun van 2,5 euro bruto per uur tijdelijke werkloosheid. Deze premie zal hen gestort worden door de onderneming. De gewestelijke arbeidsinspectie zal controles uitvoeren om na te gaan of deze effectief betaald werd.

Ten slotte wordt de gewestelijke tussenkomst van 14,60 euro met 2 euro verhoogd en bedraagt aldus 16,60 euro. Met deze steun is het mogelijk om de bedrijven die diensten blijven leveren aan de Brusselaars die het meest afhankelijk zijn van het systeem – ouderen, mensen die werken in essentiële sectoren, enz. – te blijven ondersteunen.

 “Het is belangrijk om de sector van de dienstencheques, een niet te verwaarlozen tewerkstellingspool in het Brussels Gewest, te ondersteunen en zijn werknemers te beschermen. Ik ben verheugd dat vanaf de maand mei iedereen deze premies zal kunnen genieten om deze crisis het hoofd te bieden en het vol te houden", besluit Bernard Clerfayt, de Brusselse minister van Werk.

Voor meer info kan u terecht op de website van Brussel Economie en Werkgelegenheid

Sociale inschakelingsondernemingen nemen een volwaardige plaats in in de Brusselse economie: lokale productie, horeca, recycling, herstelling, logistiek, diensten, enz.

Bernard Clerfayt, minister van Werk, heeft deze ondernemingen willen helpen deze gezondheidscrisis het hoofd te bieden : “Het was niet redelijk dat ze omwille van hun statuut geen recht hadden op steunmaatregelen van het Brussels Gewest.”
Op zijn voorstel heeft de Brusselse Regering dus haar goedkeuring gehecht aan een maatregel waarbij ze een eenmalige premie van 4000 euro krijgen per vestigingseenheid. In het Brussels Hoofdstedelijk Gewest komen 49 ondernemingen hiervoor in aanmerking.

Deze steun voor de sector is des te belangrijk aangezien deze ondernemingen, zoals de minister eraan herinnert “zorgen voor de tewerkstelling van werknemers die bijzonder kwetsbaar zijn of voor wie inschakelingsmaatregelen worden getroffen”.

De premie maakt deel uit van een bredere waaier aan maatregelen om de spelers van de sociale inschakelingseconomie te steunen in deze moeilijke tijden.

--
Foto : Bakker/kruidenierszaak - Ferme nos Pilifs

Brussel, XX april 2020 – Op voorstel van Bernard Clerfayt, de Brusselse minister van Werk, zullen de sociale inschakelingsondernemingen die getroffen zijn door de dringende maatregelen om de verspreiding van Covid-19 te beperken, een eenmalige premie van 4.000 euro per vestigingseenheid krijgen. De premie maakt deel uit van een bredere waaier aan maatregelen om de spelers van de sociale inschakelingseconomie te steunen in deze moeilijke tijden.

De veiligheidsmaatregelen van de federale staat om de verspreiding van Covid-19 te beperken, houden onder meer in dat horecaondernemingen, winkels en handelszaken volledig of gedeeltelijk moeten sluiten, waaronder ook verschillende inschakelingsondernemingen. 

Hoewel erkende sociale inschakelingsondernemingen omwille van hun statuut normaal gezien geen recht hebben op economische steun, heeft de Brusselse Regering nu besloten dat ook zij hiervoor in aanmerking komen. Aldus zullen ze een eenmalige premie van 4.000 euro per vestigingseenheid kunnen ontvangen, met een maximum van 5 vestigingseenheden. De bedoeling is om hun inschakelingsactiviteiten voor werkzoekenden die bijzonder ver van de arbeidsmarkt verwijderd zijn, te behouden.

In totaal zijn er 49 potentiële begunstigden (46 vzw’s en 3 coöperatieve vennootschappen) en 96 vestigingseenheden, voor een totaalbudget van 384.000 euro.

“Ook de sociale inschakelingsondernemingen worden hard getroffen door de gezondheidscrisis. Het was niet redelijk  dat ze omwille van hun statuut geen recht hadden op steunmaatregelen van het Brussels Gewest. Dit geldt des te meer omdat de aard van hun activiteiten gericht is op de tewerkstelling van een bijzonder kwetsbaar publiek van wie het lot bijzonder onzeker is in deze moeilijke tijden. We moesten hen een sterk signaal geven", besluit Bernard Clerfayt, de Brusselse minister van Werk.

Om de premie te ontvangen, moeten de sociale inschakelingsondernemingen vóór 31 mei 2020 hun aanvraag via een onlineformulier bij Brussel Economie en Werkgelegenheid indienen.

De Brusselse Regering kondigt vandaag trots aan dat er een nieuwe raamovereenkomst met de ICT-sector werd afgesloten.

Dat is een erg belangrijke sector voor de toekomst van de Brusselaars. De digitalisering van onze economie is aan de gang, en aldus ontstaan nieuwe jobs en nieuwe competenties, alsook de evolutie van de reeds door de werknemers verworven competenties. Het is dus essentieel dat de Brusselaars opgeleid kunnen worden voor de beroepen van morgen.

“Brussel is het grootste tewerkstellingsgebied van ons land. Om meer Brusselaars de kans te geven aan het werk te gaan, moeten we hun kwalificaties voortdurend verbeteren, zodat ze de jobs van vandaag, maar ook die van morgen kunnen invullen. En we weten dat de digitale sector voor talrijke veranderingen op de arbeidsmarkt zal zorgen. Dankzij deze overeenkomst zullen de overheden en de sector de juiste strategie bepalen om de tewerkstelling in het Brussels Gewest te doen stijgen. Samen zullen we opleidingen uitwerken die tegemoetkomen aan de noden van de ondernemingen en voortdurend evalueren of deze nog steeds relevant zijn. Dat zal voornamelijk de opdracht zijn voor DigitalCity, de opleidings- en tewerkstellingspool die volledig gewijd is aan de digitale sector”, aldus Bernard Clerfayt, de Brusselse minister van Werk en Beroepsopleiding.

Ik wil dat de maatregelen die we nemen tijdens deze crisisperiode – die voor iedereen belastend is – rechtvaardig blijven en voor iedereen gelijk zijn.

Het is normaal dat de directies van de diensten hun medewerkers willen aanmoedigen, maar het is nog veel belangrijker dat iedereen gerespecteerd wordt en dat niemand van ons zich benadeeld of vergeten voelt.

Dit billijkheidsbeginsel moet voor iedereen gelden, voor alle overheidsdiensten in het Brussels Gewest. Om die reden heb ik beslist de premie die de medewerkers in telewerk ontvangen en die door het directiecomité van Actiris goedgekeurd werd, te laten schrappen.

En ik zal hetzelfde doen voor alle gelijkaardige beslissingen die in een overheidsinstelling waarvoor ik bevoegd ben, onrechtvaardig zouden zijn of voordelen voor de enen zouden opleveren ten nadele van een verstandig en solidair beheer, en dat in het belang van allen.

Ik voeg er nog aan toe dat het, in een begrotingscontext met weinig marge, meer dan ooit nodig is om het belang van elke uitgave te bepalen. Vandaag al, en morgen nog meer.

Eenvoudige formulieren die al deels ingevuld zijn met gecontroleerde gegevens : dat is wat de Brusselaars onder meer willen op het vlak van administratieve vereenvoudiging.

Om hieraan tegemoet te komen heeft minister Bernard Clerfayt een voorontwerp van ordonnantie uitgewerkt met het oog op de veralgemening van de unieke gegevensverzameling (Only one) en het gebruik ervan in een authentieke bron zoals het Rijksregister of de Kruispuntbank van Ondernemingen.

“Een overheidsdienst is er om de mensen te helpen. Echter, al te vaak horen we de Brusselaars klagen over de traagheid van de bureaucratie en de administratieve rompslomp. We moeten de dienstverlening aan de burger verbeteren. Dankzij het “only once” principe vereenvoudigen we het leven van de Brusselaar en laten we de Brusselse overheidsdiensten evolueren naar 2.0-administraties.”

Bernard Clerfayt bevestigt dus zijn ambitie : rekening houden met de behoeften van de burgers en de ondernemingen en zorgen voor een doeltreffend beheer van de overheidsdiensten.

De toekomstige ordonnantie “Only once” zal uitgewerkt worden in een gunstige context aangezien de minister bevoegd is voor administratieve vereenvoudiging en digitalisering : “Er moeten synergiën worden ontwikkeld tussen administratieve vereenvoudiging en digitalisering. Automatisering biedt ons de mogelijkheid om het leven van de burger te vereenvoudigen door te vermijden om hem informatie te vragen waarover we reeds beschikken “', verklaart Bernard Clerfayt.

Concreet zullen de Brusselse overheidsdiensten het rijksregisternummer of het ondernemingsnummer moeten gebruiken voor de identificatie van natuurlijke of rechtspersonen. Ten slotte zal het gebruik van elektronische formulieren toenemen doordat ze gelijkgesteld worden met de papieren formulieren.