Minister bevoegd voor Gezinsbijslagen
De grote verandering in verband met de gezinsbijslagen, die historisch ingevoerd werden als sociale bescherming van het statuut van de arbeider, pijler van de nationale solidariteit, zal tijdens deze legislatuur 2019-2024 voltooid worden.
Net als in de andere gewesten van het land worden, zoals de Zesde Staatshervorming voorziet, de gezinsbijslagen voor de Brusselse kinderen vanaf 1 januari 2020 gewaarborgd op gewestelijk niveau.
Het nieuwe systeem zal op termijn de weerspiegeling zijn van een diepgaande verandering dat de gezinsbijslagen als een kinderrecht beschouwt.
Het bijzondere aan het Brusselse stelsel is dat het gebaseerd is op een tweeledige berekening: een algemeen deel dat volgens dezelfde criteria wordt toegekend aan alle kinderen, en sociale toeslagen op basis van de inkomsten.
- Gezinsbijslagen, een instrument in de strijd tegen kinderarmoede
- Toeslagen handicap: ook voor kinderen in een instelling
- Gezinsbijslagen voor jonge werkzoekenden
- Gezinsbijslagen die aangepast zijn aan de levensduurte
- Een automatisch recht, een recht voor iedereen
- Enkele cijfers
- Het stelsel van gezinsbijslagen dat van kracht is sinds februari 2020
- De betalingsmodaliteiten
- Nieuws in verband met de gezinsbijslagen
Gezinsbijslagen, een instrument in de strijd tegen kinderarmoede
In een studie van het Planbureau worden de nieuwe stelsels voor de toekenning van de gezinsbijslagen geanalyseerd, met bijzondere aandacht voor het armoederisico van gezinnen met kinderen. Deze studie toont de positieve effecten aan van het beleid dat in het Brussels Gewest wordt gevoerd.
Toeslagen handicap: ook voor kinderen in een instelling
Alle gezinnen die een kind met een handicap hebben, worden geconfronteerd met grotere uitgaven, zelfs als het kind niet 7 dagen op 7 thuis woont. Om die reden dienen kinderen met een handicap die in een instelling verblijven, ook de vermeerdering van de gezinsbijslag te genieten. Deze rechtzetting werd in 2021 uitgevoerd met terugwerkende kracht tot 01/01/2020.
Gezinsbijslagen voor jonge werkzoekenden
Een andere verbetering die werd ingevoerd door de minister bevoegd voor Gezinsbijslagen, Bernard Clerfayt, is het behoud van de gezinsbijslagen voor werkzoekenden jonger dan 21 jaar die hun beroepsinschakelingstijd hebben doorlopen maar geen inschakelingsuitkering ontvangen.
Gezinsbijslagen die aangepast zijn aan de levensduurte
Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest heeft, in tegenstelling tot Vlaanderen, de automatische indexering van de gezinsbijslagen behouden. Dit mechanisme heeft ervoor gezorgd dat deze noodzakelijke bestaansmiddelen gewaarborgd worden, in het belang van de Brusselse kinderen, vooral voor diegenen die in gezinnen met een laag of gemiddeld inkomen opgroeien.
Gezinsbijslagen, een automatisch recht, een recht voor iedereen
Als we willen dat de gezinsbijslagen echt een instrument zijn in de strijd tegen kinderarmoede, en dat er aan daling optreedt van het aantal gezinnen dat geen gebruik maakt van zijn rechten, is het automatische recht voor elk kind noodzakelijk.
Geen enkel kind mag benadeeld worden om administratieve redenen of door een gebrek aan informatie. Minister Bernard Clerfayt wil dit automatisme in de praktijk nog verbeteren, met inbegrip van de sociale toeslagen. Meer dan 1.500 kinderen hebben reeds gebruikgemaakt van deze maatregel en het recht op bijslagen herwonnen.
De gezinsbijslagen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest in cijfers
De begrotingspost van de gezinsbijslagen vertegenwoordigt 1,071 miljard euro, op een totaalbudget van 2 miljard euro.
Het overheidsfonds Famiris verwerkt alleen al een derde van de dossiers inzake gezinsbijslagen in het Brussels Gewest, of 107.000 kinderen (2021), op een totaal van 310.665 rechthebbende kinderen (2023).
Over het stelsel van gezinsbijslagen dat van kracht is sinds februari 2020
Ongeacht zijn of haar situatie ontvangt elk kind een nieuw hoog basisbedrag (175,76 euro voor de 0- tot 11-jarigen en tot 199,19 euro voor de 18- tot 24-jarigen die hogere studies doen). Naast dit algemene bedrag hebben de gezinnen waarvan de inkomsten lager liggen dan 45.000 euro (te indexeren bedrag), recht op een sociale toeslag. 25% van het globale budget wordt aldus toegewezen om de middenklasse en de minst vermogende gezinnen te ondersteunen. Het gaat om een echte evolutie ten opzichte van het vorige systeem.
Betalingsmodaliteiten blijven bestaan
De gezinsbijslagen zullen aan de gezinnen betaald blijven worden door verschillende fondsen. We tellen 4 private fondsen en het overheidsfonds “Famiris”, dat “Famifed” voor Brussel vervangt. De gezinnen die zich tot nu toe tot een van de private fondsen richtten, kunnen daarvan blijven afhangen. Wanneer een gezin niet aangesloten is bij een privaat fonds, zal Famiris het bevoegde fonds zijn.