Dienstencheques: verbeterde arbeidsomstandigheden voor huishoudhulpen

Op voordracht van Bernard Clerfayt, de Brusselse minister van Werk en Beroepsopleiding, heeft de Regering haar goedkeuring gehecht aan een reeks maatregelen die het mogelijk maken de arbeidsomstandigheden van de huishoudhulpen te verbeteren. Een verlichting van de eindeloopbaan, een verplicht bezoek vooraf aan de werkplek en de uitsluiting van gebruikers die zich misdragen.

In Brussel werken 27.702 huishoudhulpen in de sector van de dienstencheques. 21.393 van hen is Brusselaar en 95% is een vrouw. Dagelijks voeren zij huishoudelijke taken uit voor 116.162 Brusselse gebruikers. Vermoeiende en moeilijke taken die spier- en skeletaandoeningen veroorzaken aan de gewrichten, spieren en pezen, en waarvoor ze niet noodzakelijk opgeleid werden.

“De huishoudhulpen voeren dagelijks taken uit die op lange termijn grote gevolgen kunnen hebben voor hun gezondheid. Vandaag verheug ik mij over de mooie vooruitgang die geboekt werd in het Brussels Gewest om hun dagelijks leven te verlichten! We moesten deze vrouwen beter beschermen, hen de kans geven hun vaardigheden te ontwikkelen, en vooral met hen werken om de risico’s voor hun gezondheid te beperken en hun werklast vanaf 50 jaar te verlichten!”, verklaart Bernard Clerfayt.

Om die reden werden, in het kader van de hervorming van de dienstencheques, twee prioritaire doelstellingen als leidraad gebruikt bij de hervormingswerkzaamheden die werden uitgevoerd met de sociale partners: de arbeidsomstandigheden van de huishoudhulpen verbeteren en de bescherming van de huishoudhulpen verhogen.

De arbeidsomstandigheden verbeteren

Elke werknemer zal 16 uur verplichte opleiding krijgen.

Elke nieuwe werknemer zal een traject van 9 uur verplichte opleiding moeten volgen, waarvan minstens 2 uur over ergonomie.

Om de eindeloopbaan te verlichten, zullen huishoudhulpen ouder dan 50 jaar mentor kunnen worden en hun vaardigheden en ervaring ten dienste kunnen stellen voor de begeleiding van een minder ervaren collega. De mentor zal opleidingen op het terrein kunnen verzekeren, individuele gesprekken kunnen voeren en bezoeken op de werkplaats kunnen uitvoeren om te controleren of het materiaal dat de klanten ter beschikking stellen, conform de regels is.

Een aantal Brusselse ondernemingen rekent hun klanten extra kosten aan. Zij zullen beter begeleid worden en de kosten zullen worden beperkt tot 0,30 eurocent/cheque. Zij zullen hoofdzakelijk gebruikt worden om de kosten te dekken van de huishoudhulpen op het gebied van mobiliteit, opleiding en welzijn.

De permanente begeleiding van de ondernemingen stelt dat jaarlijks 2 individuele gesprekken en een gezamenlijk gesprek moeten plaatsvinden. In dit kader zullen de instrumenten voor ondersteuning bij opleiding, de uitwisseling van goede praktijken, problematisch gedrag van klanten en de instanties die gecontacteerd dienen te worden in geval van discriminatie of pestgedrag, worden toegelicht.

De bescherming van de huishoudhulpen verhogen

Iedere onderneming zal moeten aantonen dat de federale bepalingen worden nageleefd met betrekking tot het jaarlijkse verplichte medisch onderzoek en de risicoanalyse om het risiconiveau voor de gezondheid en de veiligheid op het werk te kunnen uitschakelen of verminderen.

Nieuwe gebruikers zullen akkoord moeten gaan met een verplicht bezoek vooraf, vooraleer er met dienstencheques kan worden gewerkt. Dit bezoek maakt het mogelijk om te bepalen hoeveel werkuren nodig zijn om tegemoet te komen aan de vragen van de klant, en om te controleren of de ruimte gezond is en of er geschikt schoonmaakmateriaal beschikbaar is.

Tot slot zullen gebruikers die zich misdragen, uitgesloten kunnen worden en geen gebruik meer kunnen maken van dienstencheques.

De sector zal beter gecontroleerd worden, zodat de Gewestelijke Werkgelegenheidsinspectie zich ervan kan vergewissen dat deze nieuwe voorwaarden nageleefd worden door de erkende ondernemingen in het voordeel van de huishoudhulpen.

Meer info?
Pauline Lorbat – 0485 89 47 45