Gelijkheid tegen discriminatie, diversiteit tegen racisme

Gelijkheid tegen discriminatie, diversiteit tegen racisme

Dit geweld, deze vreselijke moorden, die steeds ingegeven worden door de minachting voor de andere omdat hij anders is, doen ons pijn en brengen ons bijeen, zoals de voorbije zondag voor het Justitiepaleis.

Bij iedere racistische misdaad zijn we verplicht onze verantwoordelijkheid te nemen. Die bestaat erin om alles in te zetten wat de onwrikbare sokkel kan vormen voor wat ons verenigt.

In het Brussels Gewest is driekwart van de bevolking van vreemde origine. 180 nationaliteiten leven er samen; verschillende culturen die met elkaar in contact staan en aldus verrijkt worden.

Ondanks alle inspanningen van de overheden, de culturele en sociale actoren, de verenigingen en personen van buitenlandse afkomst om zich te integreren, om een job te vinden, blijft het geweld echter steeds aanwezig. Ik wil het hier hebben over het dagelijkse geweld, dat geniepiger is en minder in de media komt: rassendiscriminatie en de uitsluitingsmechanismen die daaruit voortvloeien.

We reageren erg emotioneel op haat, maar dat mag ons niet doen vergeten initiatieven te nemen om dingen te veranderen, en eenieder van ons aan te zetten om de getroffen maatregelen te delen en bekend te maken.

Om die reden acht ik het nuttig om u in deze periode enkele beleidslijnen van het Brussels Gewest in de strijd tegen discriminatie in herinnering te brengen. Maak deze bekend, gebruik deze tools zodat ze nuttig zijn voor alle potentiële slachtoffers van discriminatie, zodat ze voor iedereen van nut kunnen zijn.

Voorbeelden van initiatieven tegen discriminatie en ter bevordering van de diversiteit:

  • Actiris stelt een antidiscriminatieloket ter beschikking dat werkzoekenden die het slachtoffer van discriminatie zijn, informeert en oriënteert.
  • Op basis van discriminerende feiten kan de Gewestelijke Werkgelegenheidsinspectie (GWI) een aanwervingsprocedure waarvoor verdenkingen van discriminatie bestaan, testen en een klacht indienen bij de inspectie van de FOD Werk, of vragen een gerechtelijk onderzoek op te starten.
  • De strijd tegen discriminatie maakt integraal deel uit van alle sectorale akkoorden die met het Gewest afgesloten worden.
  • In de toekomst willen we de procedure voor de testen bij discriminerende procedures verbeteren, de hervorming van de “diversiteitsplannen” concreet maken, alsook de tewerkstellingssteun verbeteren voor de doelgroepen die het meest blootgesteld worden aan discriminatie bij de aanwerving.
  • In het Brussels Gewest wordt de steun aan de ondernemingen verhoogd, indien zij zich ertoe verbinden het beleid inzake diversiteit van het Gewest na te leven. Voor alle ondernemingen met meer dan 100 werknemers die deze steun genieten, is de goedkeuring van het diversiteitscharter verplicht.
  • Het Gewest heeft de diversiteitslabels, die aan steeds meer laureaten worden toegekend, in het leven geroepen om de diversiteit te bevorderen en discriminatie binnen ondernemingen te bestrijden.

Deze initiatieven en tools om mensen die het slachtoffer werden van discriminatie, te ondersteunen, zullen wij blijven aanpassen en er andere bedenken.

Naast de politieke oplossingen in de strijd tegen discriminatie moeten wij de veranderingen in ons dagelijkse leven verwezenlijken, met een flexibeler begrip en acceptatie, en minder bevooroordeeld tegenover de respectieve identiteiten.

Talenten, diploma’s, kwalificaties en knowhow mogen niet verloren gaan of uitgesloten worden. Iedereen telt, want iedereen is verschillend en tegelijkertijd gelijk.

Bernard Clerfayt,
de Brusselse minister van Werk

Swissport België: 30% van de betrokken werknemers zijn Brusselaars

30% van de betrokken werknemers zijn Brusselaars

De luchtvaartsector wordt hard getroffen door de economische crisis. Swissport vraagt het faillissement aan: 1500 banen worden bedreigd, waarvan 30% wordt ingevuld door Brusselaars.

De opleiding en de begeleiding van mensen die hun job verloren zullen hebben, zullen centraal staan in het tewerkstellingsbeleid voor de relance. “Wij verbinden ons ertoe om alle ontslagen personen te begeleiden, zodat ze kunnen starten in een nieuwe job. We zullen vooral de nadruk leggen op de knelpuntberoepen en de beroepen van de toekomst. In deze context zal opleiding een onmisbare vector voor de relance betekenen”, stelt de Brusselse minister van Werk, Bernard Clerfayt.

Voor de Brusselse minister van Werk moet vanaf heden, in de herstelplannen, rekening worden gehouden met de gevolgen van de crisis op de tewerkstelling van de Brusselaars.

"We verwachten een aanzienlijke daling van de economische activiteit in verschillende sectoren. Dit zijn voorspelbare situaties waarop we moeten anticiperen in onze relanceplannen. Die moeten aansluiten op het Europese herstelplan voor een groene, digitale en inclusieve groei. Deze groei is essentieel voor het scheppen van werkgelegenheid", aldus Bernard Clerfayt.

Covid-19: verlenging van de maatregelen ter ondersteuning van de dienstenchequesector

Verlenging van de maatregelen ter ondersteuning van de dienstenchequesector

Op voorstel van Bernard Clerfayt, de Brusselse minister van Werk, verlengt de Brusselse Regering de maatregelen ter ondersteuning van de sector van de dienstencheques: de aanvullende steun voor tijdelijke werkloosheid voor huishoudhulpen en de verhoogde gewestelijke tussenkomst voor daadwerkelijk gepresteerde uren. Tegelijkertijd besliste de Brusselse Regering om een specifieke opleiding te voorzien met het oog op het veilig opnieuw op gang brengen van de activiteiten.

De activiteiten komen erg traag op gang en talrijke

De Brusselse dienstenchequesector blijft hard te lijden hebben onder de coronaviruscrisis. De activiteiten komen erg traag op gang en talrijke huishoudhulpen komen niet aan hetzelfde aantal werkuren als vóór de crisis.

"Tot nog toe werd amper 30% van de activiteiten in de dienstenchequesector hervat. Veel gebruikers zien af van de diensten, om financiële redenen, vanwege het telewerken of uit angst voor besmetting. Dit zijn allemaal elementen die een verlenging van de steunmaatregelen rechtvaardigen", aldus Bernard Clerfayt, de Brusselse minister van Werk.

Twee steunmaatregelen voor de dienstenchequesector worden aldus verlengd tot en met 30 juni 2020. De eerste betreft de gewestelijke tussenkomst voor gepresteerde uren die werd verhoogd van 14,60 naar 16,60 euro. De tweede is bedoeld om de huishoudhulpen een toeslag van 2,50 euro bruto per uur werkloosheid te verzekeren, zodat ze een loon ontvangen dat in de buurt komt van wat ze aanvankelijk zouden verdienen.

15.264 huishoudhulpen extra steun gekregen voor tijdelijke werkloosheid

Tot dusver hebben 15.264 huishoudhulpen extra steun gekregen voor tijdelijke werkloosheid, hetzij 85% van de beoogde werknemers. Het Brussels Gewest betaalde ook een verhoging van 2 euro voor 65.779 gepresteerde uren.

“De zwaksten beschermen is de leidende gedachte achter de maatregelen voor crisisbeheer. En dit geldt met name voor de dienstenchequesector, waar het bruto basisloon zeer laag is en nauwelijks meer dan 1.200 euro bedraagt. In totaal maken we bijna 10.000.000 euro vrij om de sector, en vooral zijn werknemers, te blijven ondersteunen”, legt Bernard Clerfayt uit.

Tot slot heeft de Brusselse Regering ingestemd met de financiering van een opleiding om ervoor te zorgen dat de activiteiten, zowel voor de werknemers als voor de klanten, in veilige omstandigheden heropgestart kunnen worden. Het Gewest zal alle kosten van de opleiding ten laste nemen.

“Brussels hacks the crisis”: bedenk, stel voor en stem!

“Brussels hacks the crisis”: bedenk, stel voor en stem!

Minister Bernard Clerfayt heeft de Brusselse Regering voorgesteld om een campagne op te starten om alle ideeën van de Brusselaars te verzamelen die de levenskwaliteit kunnen verbeteren.

Sinds het begin van de crisis is het digitale onvermijdelijk geworden in het dagelijkse leven van de Brusselaars. Ik ben ervan overtuigd dat het digitale even onontbeerlijk zal zijn na de crisis en een uitstekende tool zal blijken voor de relance”, meent de minister van Digitalisering.

Om het dagelijkse leven te vergemakkelijken, blijken de apps op onze smartphone of op het internet vaak erg nuttig. Dat komt behoorlijk goed uit: het actieprogramma “Brussels hacks the crisis” werd in het leven geroepen om uw suggesties om te zetten naar apps voor smartphones of het internet.

U kan alle informatie daarover vinden op participate.smartcity.brussels en op www.smartcity.brussels. Laat uw stem horen, deel uw ideeën mee, leg ze uit aan de andere Brusselaars en stem...!

“Brussels hacks the crisis” in verschillende stappen:

Rond de volgende onderwerpen worden ideeën verzameld: nieuwe manieren van werken, van opleiding volgen, van kopen, van zich ontwikkelen en van solidair zijn.

Een deskundigenjury kiest de vijf beste ideeën uit. Vervolgens zullen de burgers hun stem over deze ideeën kunnen uitbrengen.

Tijdens de maand juli zullen de twee ideeën die de meeste stemmen hebben gekregen, ontwikkeld worden tot apps voor smartphone of het internet. Dan vindt namelijk de Open Summer of Code plaats, waarop teams van studenten een prototype voor een concrete app rond deze twee ideeën zullen ontwikkelen.

Dit zijn de partners van “Brussels hacks the crisis”:

Brussel is Brussel dankzij cultuur. Wij willen dat zij zich opnieuw kan ontplooien!

Brussel is Brussel dankzij cultuur. Wij willen dat zij zich opnieuw kan ontplooien!

Dat is de verbintenis van de Brusselse Regering: de uitzonderlijke subsidie van 2.000 euro voor de culturele organisaties heeft vorm gekregen voor de hele culturele sector. De Brusselse Regering heeft daarover op donderdag 4 juni een volmachtbesluit goedgekeurd.

“Cultuur is een essentieel onderdeel van een dynamische samenleving. Cultuur zorgt voor grote economische activiteit en talrijke jobs. De actoren uit de culturele sector in de ruime zin mogen niet vergeten worden in de steunmaatregelen. Het Gewest staat klaar, naast het federale niveau en de gemeenschappen, om de structuren die geen enkele vorm van ondersteuning gekregen hebben, te helpen. Deze premie van 2.000 euro geeft dus wat ademruimte aan de Brusselse culturele en creatieve sector. We zullen ook de professionals uit de sector die geen enkele steun gekregen hebben, ondersteunen”, stelt Bernard Clerfayt, de Brusselse minister van Werk.

Dit zijn de voorwaarden die de Brusselse Regering goedkeurde voor de toekenning van de uitzonderlijke subsidie aan de culturele sector:

  • oprichting onder de vorm van een onderneming zonder winstoogmerk;
  • minstens één exploitatiezetel op het grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest bezitten;
  • maximaal 5 voltijdse krachten tewerkstellen en inkomstenverlies hebben geleden;
  • vóór maart 2020 geen procedure tot faillissement of vereffening hebben opgestart;
  • geen steun van een ander machtsniveau hebben genoten;
  • een uitdrukkelijk verzoek aan Brussel Economie en Werkgelegenheid (BEW) hebben geformuleerd.

In het Brussels Hoofdstedelijk Gewest zouden 952 culturele organisaties recht hebben op de eenmalige premie voor een bedrag van 1,9 miljoen euro.

Herstructurering D’Ieteren: begeleiding van werknemers bij loopbaanverandering

Herstructurering D’Ieteren: begeleiding van werknemers bij loopbaanverandering

De crisis heeft de transformatie die werd ingezet bij D’Ieteren, versneld. Een dalende verkoop van nieuwe voertuigen, de invoering van alternatieven zoals autodelen en carpooling, het vooruitzicht op het volledig in orde brengen en het aanpassen aan de normen van bestaande voertuigen, etc. Dit zijn een aantal redenen die de directie ertoe aanzetten om te investeren en te herstructureren om tegemoet te komen aan de nieuwe eisen van de markt.

Het resultaat is dat vandaag 211 jobs bedreigd zijn, en dat is betreurenswaardig. De context van een herstructurering moet evenwel niet verhullen dat achter dit plan ook de wil zit om dit grote bedrijf uit de autosector aan te passen aan de uitdagingen van de toekomst.

Deze jobs zijn niet noodzakelijk verloren. De behoeften binnen de sector van de mobiliteit zullen evolueren. De opleiding en de begeleiding van mensen die hun job verloren zullen hebben, zullen centraal staan in het tewerkstellingsbeleid voor de relance. “Wij verbinden ons ertoe om alle ontslagen personen te begeleiden, zodat ze kunnen starten in een nieuwe job. In deze context zal opleiding een onmisbare vector voor de relance betekenen”, stelt de Brusselse minister van Werk, Bernard Clerfayt.

Deze situatie is jammer genoeg ook voor andere sectoren te voorspellen. Vanaf nu moeten we anticiperen in het kader van de uitwerking van alle relanceplannen. “Op federaal niveau zullen we al een ambitieus relanceplan nodig hebben dat aansluit op het Europese relanceplan en bijzondere aandacht heeft voor alle dimensies van de werkgelegenheid: de toegang tot werk, de creatie van nieuwe jobs en het behoud van de tewerkstelling. Op Brussels niveau zijn we ook bezig met het opstellen van een relanceplan op maat van de uitdagingen die ons te wachten staan”, aldus Bernard Clerfayt.

Alle paardachtigen voortaan beter beschermd in het Brussels Gewest

De Brusselse minister van Dierenwelzijn heeft onlangs beslist om alle paardachtigen te beschermen door de wetgeving die ponycarrousels verbiedt  te verstrengen.

Meer dan ooit moeten we onze relatie met de levende materie en de dieren herzien. Willen we voor onze kinderen een beeld scheppen waarbij dieren als slaven worden behandeld? Of net het tegenovergestelde, waarbij we deze paardachtigen die ingezet worden voor carrousels, beschouwen als gevoelige wezens die pijn en emoties voelen?”, vraagt Bernard Clerfayt zich af.

De Brusselse minister van Dierenwelzijn heeft onlangs beslist om alle paardachtigen te beschermen door de wetgeving die ponycarrousels verbiedt  te verstrengen.

 “De huidige wetgeving bood onvoldoende bescherming voor paardachtigen en is trouwens gemakkelijk te omzeilen door de pony's te vervangen door ezels of door naar een andere plaats dan een kermis te trekken. We moeten ons ervan bewust zijn dat deze dieren, voor publieksvermaak, in cirkels rondwandelen totdat ze uitgeput en verveeld zijn”, stelt minister Clerfayt vast.

Sinds 1 januari 2019 mogen pony’s op het grondgebied van het Brussels Gewest niet langer ingezet worden op kermissen. Dit verbod beperkte zich echter tot pony’s en de bijzondere context van kermissen. Andere paardachtigen kunnen echter ook uitgebuit worden, zoals ezels, muildieren en muilezels. En carrousels kunnen georganiseerd worden buiten de context van de kermissen: beurzen, festivals, rommelmarkten en braderijen.

Of het nu gaat om pony’s of ezels, jaarmarkten of rommelmarkten: deze paardachtigen lijden allemaal op dezelfde manier. Het verbod moest dus veralgemeend worden en daar heeft het Brussels Gewest nu net voor gezorgd op initiatief van de minister van Dierenwelzijn, Bernard Clerfayt.

Het voorontwerp van ordonnantie breidt het verbod uit tot alle paardachtigen en viseert elke activiteit tijdens dewelke paardachtigen die door het publiek of genodigden kunnen worden bereden een cirkelvormig parcours volgen. Het verbod geldt nu voor alle evenementen: kermissen, rommelmarkten, braderijen, dorpsfeesten, festivals en beurzen.

Voor alle duidelijkheid: maneges vallen niet onder het toepassingsgebied van deze ordonnantie die nog door de Raad van State en het Parlement moet worden goedgekeurd.

Digiskills: test je digitale aanleg en vaardigheden!

Digiskills, un test en ligne gratuit proposé par Agoria

Sinds het begin van de crisis maken we intensief gebruik van digitale tools. Ook het internetverkeer is met 50% gegroeid. 

De organisatie van de productie en diensten binnen bedrijven volgt deze versnelde digitalisering, net als hun personeel. Dit geldt a fortiori voor werkzoekenden die zich moeten aanpassen en voorbereiden door de nodige opleidingen te volgen.  

In het Brussels Gewest vergt onze diensteneconomie vanaf heden een constante “upgrade” van de vaardigheden van onze werknemers. Het gaat hier om 90% van alle werknemers.

Bernard Clerfayt, minister van Werk en Digitalisering verbindt zich ertoe om de transformatie van onze economie en onze jobs te begeleiden. Met name door alle initiatieven die de inzetbaarheid van de Brusselaars verbeteren te ondersteunen. 

Zelfbeoordeling en skills passport van je vaardigheden: een eerste onmisbare stap

Hoe zit het met mijn persoonlijke houding? Welke persoonlijke vaardigheden heb ik ontwikkeld? Hoe zit het met mijn beroepsvaardigheden? Wat is mijn vermogen om mijn producties aan te passen door mezelf in de plaats te stellen van de gebruiker, van de klant? Wat zijn mijn vaardigheden om inhoud te creëren, producten en diensten voor te stellen met behulp van digitale tools.

Om je vaardigheden en de duurzaamheid ervan te beoordelen, biedt Agoria Digiskills aan. De gratis online tool maakt deel uit van het Digicoach-programma van de Technologiefederatie Agoria ter ondersteuning van de Belgische economie, de bedrijven en hun werknemers.

Resultaat: een individuele digital skills passport

Of je nu aan het werk bent, tijdelijk werkloos of op zoek naar een job, dit is de ideale gelegenheid om een ​​nauwkeurig beeld te krijgen van je houding en vaardigheden in het kader van de digitalisering van onze jobs. 

De test duurt ongeveer twintig minuten en het finale skills passport bezorgt je ook een projectie van je vaardigheden voor het komende decennium wat betreft de job die je momenteel uitoefent.

“Weergalmt het geluid van dit applaus wel tot aan de ramen van Maggie De Block?”

sociaal en financieel statuut van het beroep van verpleegkundige te verbeteren

Na de aankondiging van de Minister van Volksgezondheid om werkzoekenden op te leiden tot verpleegkundigen, zet de Brusselse minister van Werk, Bernard Clerfayt, de zaken even op een rijtje.

Hij herinnert eraan dat het de taak is van de federale minister van Volksgezondheid om het sociaal en financieel statuut van het beroep van verpleegkundige te verbeteren. Anders zullen de inspanningen van de gewesten om werkzoekenden naar het beroep van verpleegkundige te leiden nooit hun vruchten afwerpen. Het enthousiasme voor het beroep zal ontbreken; het tekort zal blijven bestaan.

 “Het applaus dat al bijna twee maanden lang elke avond in alle straten van het land weerklinkt, pleit voor een opwaardering van het statuut van verpleegkundige. Weergalmt het geluid van dit applaus wel tot aan de ramen van Maggie De Block?",vraagt Bernard Clerfayt, de Brusselse minister van Werk en Beroepsopleiding, zich af.

In het Brussels Gewest sensibiliseren we al langer leerlingen, werkzoekenden, mensen die van loopbaan willen veranderen, ... om te kiezen voor knelpuntberoepen die tewerkstelling garanderen na het afronden van studies of een opleiding.

Eén daarvan is het beroep van verpleegkundige: een knelpuntberoep sinds 1998. Dit bewijst hoe bekend de situatie is en hoelang ze al duurt. De vraag is dus waarom het beroep van verpleegkundige al meer dan 20 jaar een knelpuntberoep is.

Ten eerste omdat de arbeidsomstandigheden zwaar en veeleisend zijn: nachtarbeid, onregelmatige werkuren, beroepsrisico's, stress, enz., maar ook omdat de loonvoorwaarden niet volstaan om voldoende kandidaten aan te trekken om alle vacatures in te vullen. Net daar knelt het schoentje en net op dat vlak zou de federale minister actie moeten ondernemen, eerder dan toverspreuken te gaan verkondigen in de media. 

(foto : Piqsels)

Bernard Clerfayt op Facebook Live: “Veel werknemers die over het algemeen minder gewaardeerd worden, hebben getoond dat zij een belangrijke rol in onze samenleving spelen.”

Bernard Clerfayt kreeg enorm veel vragen op maandag 18 mei op zijn Facebook Live

 

Dinsdag 19 mei 2020 – 12:00

Bernard Clerfayt kreeg enorm veel vragen op maandag 18 mei op zijn Facebook Live. Hieronder volgt een verslag van de belangrijkste onderwerpen. Andere thema’s werden door de minister van Werk en Beroepsopleiding behandeld tijdens zijn interview van vrijdag op BX1.

(Bekijk of herbekijk deze Facebook Live hier)

Huishoudhulpen: het had een drama kunnen worden!

De minister van Werk, die vragen kreeg over zijn beleid in de sector van de dienstencheques, herinnert er in de eerste plaats aan dat waakzaamheid geboden was tegenover de sector die de huishoudhulpen, van wie het inkomen aan de onderkant van de loonschaal ligt, tewerkstelt. Voor hen konden de gevolgen dramatisch zijn bij een aanzienlijk inkomensverlies. Dankzij de premie die de Brusselse Regering goedkeurde, kon hun inkomen gehandhaafd worden op 95% van het volledige loon. Deze premie vult de tijdelijke werkloosheid aan.

Helder blijven en de overheden bij de heropstart betrekken

Zoals gewoonlijk geeft Bernard Clerfayt blijk van scherpzinnigheid, wanneer hij de crisissituatie die wij doormaken en die reeds een economische en sociale crisis geworden is, analyseert. Hij herhaalt dat sommige sectoren nog steeds stilliggen en dat Brussel 170.000 tijdelijke werklozen telt. De periode van de daling van de werkloosheid is momenteel dus afgelopen. De minister van Werk pleit er krachtig voor om de maatregelen van tijdelijke werkloosheid te verlengen.

Naar aanleiding van een vraag over de tussenkomsten van het Brussels Gewest in het kader van de crisis, heeft de minister in herinnering gebracht dat het overbruggingsrecht gedekt wordt door de federale overheid. Het Gewest hoeft niets bij te passen. “We hebben al meer dan 350 miljoen euro steun verleend aan diegenen die geen recht hebben op de tussenkomsten van de federale regering, en we hebben alle lopende subsidies behouden om de sectoren die gewoonlijk door het Brussels Gewest ondersteund worden, in staat te stellen te overleven.”

“Overal zullen de staten de staatskas moeten aanspreken om de sociale uitgaven te ondersteunen en om de economische sectoren te ondersteunen”, aldus de minister. Daarbovenop wordt nu al een bijkomend tekort van 20 à 25 miljard euro aangekondigd op federaal niveau; in Brussel zullen we een bijkomend tekort van 500 miljoen euro hebben. Deze rol van ondersteuning en van steun bij de heropstart is normaal in geval van een crisis.

We zullen onze crisisplannen moeten voltooien

Vervolgens werd een vraag gesteld over het gezondheidsbeleid in het licht van deze gezondheidscrisis waarop Bernard Clerfayt enorm de nadruk legde op de vaststelling die gemaakt dient te worden: “Ons gezondheidssysteem heeft globaal gezien goed standgehouden, wat in andere landen niet het geval is geweest.” Na de buitengewone professionele en menselijke inzet van alle dienstverleners in de sector van de gezondheidszorg te hebben benadrukt, wijst de minister op een eerste lacune die de komende maanden opgevuld zal moeten worden. “We hebben crisisplannen voor tal van situaties, maar voor dit soort crisis hadden we geen specifiek interventieplan en waren we onvoldoende voorbereid. Duitsland bijvoorbeeld heeft veel sneller kunnen reageren.” Een ander belangrijk punt dat Bernard Clerfayt aanhaalde, betreft de noodzaak om het statuut van het gezondheidspersoneel op te waarderen: “De instellingen en de ziekenhuizen zijn reeds lang vragende partij.” De minister van Werk benadrukt overigens dat deze instellingen in staat zijn om aan te werven.

“De maatregelen voor de asielen moesten versoepeld worden”

Tijdens de strikte lockdown was er ook sprake van dierenwelzijn en van de gezondheid van de dieren in de asielen. De minister van Dierenwelzijn herhaalde dat zijn grootste bezorgdheid betrekking had op de zorg voor de dieren door de vrijwilligers van de asielen en het risico op een teveel aan op te vangen dieren. Zijn eerste stap bestond erin de federale overheid aan te spreken in verband met het versoepelen van de maatregelen. De minister heeft overigens verschillende vragen in verband met dierenwelzijn gekregen. Het voornaamste is dat de dieren verzorgd konden worden en dat tal van opvangbaasjes tijdens deze periode een dier hebben opgevangen.

Brussel en de Nationale Veiligheidsraad

Over de deelname van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest aan de Nationale Veiligheidsraad zegt minister Clerfayt dat “de gewesten formeel gezien geen lid zijn. De ministers-presidenten worden er uitgenodigd in de hoedanigheid van adviseur, wat een goede zaak is”. Toch betreurt de minister het dat beslist werd om het Brussels Gewest niet méér te helpen, “terwijl Brussel 20% van de economische activiteit van het land ondersteunt”, stelde hij.

Verplichte mondmaskers?

Op de vraag of het dragen van een mondmasker een verplichting is, antwoordt de minister dat de beslissing daaromtrent een bevoegdheid van de federale regering is. Wat de meer praktische aspecten betreft, preciseert hij dat “de belangrijkste handeling om het virus tegen te houden, het wassen van de handen is, en vervolgens het afstand houden. En dan volgt het mondmasker. Het masker biedt onvoldoende bescherming; de andere beschermende handelingen zijn onontbeerlijk”. Het spreekt voor zich dat een mondmasker noodzakelijk is wanneer de veilige afstand niet gewaarborgd kan worden, zoals op het openbaar vervoer of bij de kapper.

De op te waarderen beroepen

“Veel werknemers die over het algemeen minder gewaardeerd worden, hebben getoond dat zij een belangrijke rol in onze samenleving spelen.” “We zullen moeten toezien op het verkleinen van de ongelijkheden, en deze noodzakelijke beroepen, die nuttig zijn voor onze veiligheid en onze gezondheid, opwaarderen.”

De crisis versnelt de veranderingen

De arbeidsmarkt verandert voortdurend. De crisis versnelt de veranderingen. We doen een beroep op technologie voor een hele reeks acties. “De Brusselse besturen zijn vragende partij om het sneller te laten gaan; de vraag om verandering is onwaarschijnlijk.” Vandaag stelt niemand meer in vraag dat “de kennis van digitale tools een noodzakelijke voorwaarde is om een job te vinden. We zullen de online-opleidingen moeten uitbreiden, in de digitale sector.”

De minister van Werk maakt van de gelegenheid gebruik om een oproep te lanceren: “Aan zij die tijdelijk werkloos zijn, profiteer ervan om uw competenties aan te vullen.” Ook brengt hij de knelpuntsectoren in herinnering: gezondheid, bouw en transport. We zullen een antwoord moeten formuleren op dit tekort aan arbeidskrachten. Wat de bouwsector betreft, gaat het om een grote uitdaging met de klimaatwijziging waarmee we te maken krijgen (nieuwe technieken van passiefbouw).

De gemeenten in de frontlinie van de crisis

Om af te ronden, als minister van Plaatselijke Besturen en verhinderd burgemeester, “ben ik ervan overtuigd dat de gemeenten een zekere macht hebben om de crisis aan te pakken”. De financiën van de meeste gemeenten zijn sinds twee jaar gezond. “Dat is een beslissing die ik genomen heb: de gemeenten mogen hun gecumuleerde bonussen gebruiken om de crisis het hoofd te bieden. Vervolgens zullen we zien welke gemeenten op het einde van het jaar het meest geholpen zullen moeten worden.” Laat ons niet vergeten dat de steun van het Gewest aan de OCMW’s net met 30 miljoen euro verhoogd werd.

Onze samenleving is veerkrachtig

Bij wijze van conclusie stelt de minister vast dat “deze crisis ons erg onrustig maakt, maar ons ook toont hoe veerkrachtig onze samenleving is, en hoe we in staat zijn om het hoofd te bieden aan een pandemie zoals we ons nooit hadden kunnen voorstellen”.